Waddap Rumi,

Door Anissa Boujdaini, op Fri Jun 15 2018 06:00:00 GMT+0000

Elke vrijdag schrijft een van onze vijf vaste online correspondenten een brief aan iemand. Deze week roept Anissa Boujdaini de Perzische dichter en soefi-mysticus Rumi aan om zijn religieuze essentie in ere te herstellen. Wat dat met zwarte rappers te maken heeft?

Ik heb aan je gedacht. Zou het liggen aan de maand waarin we zitten? Terwijl ik je schrijf, gaan de laatste dagen van Ramadan in. De link tussen jou en een islamitische maand waarin spiritualiteit meer dan anders centraal staat, is snel gemaakt.

Jouw islamitisch-filosofische poëzie is legendarisch en ik kan me voorstellen dat je nu ook passeert bij andere moslims die herbronnen en reflecteren over hun connectie met God en de wereld. Nu je zo door mijn hoofd spookt, dacht ik je te schrijven. Met je te praten. Een paar gedachten uit te wisselen.

Dus.

In hiphop van zwarte artiesten worden al te vaak de maatschappelijke relevantie en de expressie van zwart lijden over het hoofd gezien.

Heb je de laatste nieuwe song van de Amerikaanse rapper Nicki Minaj al gehoord? De track luister naar de naam ‘Rich Sex’ … jawelles. Ik had het ook kunnen hebben over het jongste album K.O.D. (april 2018) van haar collega rapper J. Cole, maar waarom? Is dat waardevoller omdat Cole’s werk van een intellectueel hoger niveau zou zijn? Inhoudelijk interessanter en met meer vlees aan (dat laatste valt minstens visueel te betwijfelen)?

We kunnen ook verder teruggaan in de tijd, als je wil. Naar december 2011 bijvoorbeeld. Toen postte rapper Mick Jenkins de video voor ‘Value Village’, waarin hij blijgemutst door een tweedehandswinkel struint. ‘Fuck malls, don’t listen, save money!’ Een klein jaar nadien, in augustus 2012, gooide de witte rapper Macklemore ‘Thrift Shop’ online, met wel heel opmerkelijke gelijkenissen in zowel hun onderwerp als de uitvoering van de clip.

In een interview met GoodFellaMedia vertelt Jenkins dat hij die overeenkomsten ook zag, maar ‘What u gonna do?’. Zijn eigen video werd een half miljoen keer bekeken, die van Macklemore meer dan een miljard keer.

Of we gaan terug naar juli 2012, toen rapper Murs zijn clip voor ‘Animal Style’ onthulde, over een homoseksueel koppel dat catastrofaal eindigt door het homofobe geweld in hun naaste omgeving. Drie maanden later deelde Macklemore het warm onthaalde en meer gepolijste ‘Same Love’.

Waarom ik al deze songs uit de kast haal? Ik wil met jou niet opnieuw de discussie openen die al vaak (maar nooit genoeg) is gevoerd: dat witte rappers, en witte muzikanten in bredere zin, sneller en meer erkenning krijgen; vooral wanneer zij zich begeven op het veld van zwarte muziekgenres, zoals hiphop.

Ik zou het vandaag willen hebben over hoe Macklemore zowel na ‘Thrift Shop’ als na ‘Same Love’ gehuldigd werd als een nieuwe, inhoudelijk-relevante rapper: de ‘conscious rapper’ in een zee van artiesten die het enkel zouden hebben over materialisme en losse, seksuele relaties.

Witte rappers, en witte muzikanten in bredere zin, krijgen sneller en meer erkenning.

Daarmee wordt simpelweg een verkeerd idee gecreëerd. Niet alleen verdienen die materialistische nummers op de één of andere manier ook hun plek en valt hun aanwezigheid te theoretiseren. Ook worden in hiphopproducties van zwarte artiesten al te vaak de maatschappelijke relevantie en de expressie van zwart lijden over het hoofd gezien. Dáár zou ik het graag met jou, en nét met jou, over willen hebben.

Als Jenkins het heeft over tweedehands winkelen, heeft hij het niet enkel over jezelf vrijmaken van de druk van een kapitalistische consumptiemaatschappij. Tegelijk heeft hij het over de onmogelijkheid voor vele zwarte mensen om daaraan mee te doen. Zwarte families in de Verenigde Staten bevinden zich door de eeuwenlange onderdrukking in een socio-economisch zwakkere positie dan witte families.

Zo is het thriftshoppen van Macklemore geen noodzaak, maar een leuke bezigheid waarmee hij meer en uniekere kleren kan kopen. Blut zijn als fashion statement. En intussen moet Jenkins toezien hoe de recyclage van zijn werk ontvangen wordt als een geniaal concept.

Cole kreeg meer toegang tot de mainstream door zijn eigen muziek te ontdoen van maatschappijkritiek.

Hetzelfde gebeurde met ‘Same Love’. Macklemore werd op handen gedragen om zijn moed om zich expliciet te uiten over homofobie, vooral in een muziekgenre dat meer dan andere genres als homofoob wordt gepercipieerd. Men noemde hem de eerste die over deze problematiek durfde te spreken, waarmee Murs’ werk - en de relevantie ervan - simpelweg werd uitgewist.

Ook bij zwarte rappers wordt er een onderscheid gemaakt tussen de ‘lagere, materialistische, losse relaties’ hiphop en de ‘intellectuele’ hiphop. Zo behoort Cole in deze tijden tot die laatste groep, maar één van zijn grootste successen behoorde precies tot die eerste categorie: chains, een Range en ‘I'm here for one night. How far will you go?’.

Net dankzij deze ‘Work out’ (dat ik nu op repeat heb staan … puur om onderzoeksredenen …) maakte het grote publiek kennis met Cole. Hij werd makkelijk verteerbaar. In zijn latere nummer ‘Let Nas down’ kijkt hij met spijt terug op wat hij toen onder druk had geschreven: ‘Where’s the hits? You ain’t got none. You know Jay’ll never put your album out without one.’

Door zijn eigen muziek te ontdoen van maatschappijkritiek kreeg Cole meer toegang tot de mainstream, maar ging hij in tegen zijn visie op de wereld en op wat zijn werk betekende.

Het zijn dus niet alleen externe actoren die de maatschappelijke relevantie van artiesten van kleur wegvegen. Sommige artiesten doen dat ook zelf, al dan niet bewust of tijdelijk. Daar kan veel over gezegd worden, maar het eerste is kwalijker dan het laatste: het gebeurt buiten de wil van de artiesten om.

Beyoncé heeft je gebaard en instagrammers plaatsen jouw naam onder random melige liefdescitaten die jij nooit uitgesproken hebt.

Tijdens het ‘Hip-Hop Symposium’ van de Universiteit van Princeton in 2006 zei dr. Cornel West, professor filosofie aan de Universiteit van Harvard en hoogleraar aan de Universiteit van Princeton: ‘It goes back to Louis Armstrong, the jazz, coming out of Storyville, coming out the red-light districts of Saint-Louis. It comes out of the blues, Jim Crow, gut-bucket, Delta Mississippi. American mainstream is obsessed with black creative genius, be it music, walk, style. But at the same time puts a low priority on the black social misery which is the very context out of which that creativity flows.’ Je kan niet spreken over hiphop zonder te spreken over zwart lijden.

Noem het vergezocht, Rumi, maar iets gelijkaardigs gebeurt met jou. We hebben hier in Antwerpen tig restaurants naar je vernoemd (terwijl islamitische kenniscentra uitblijven). Beyoncé heeft je gebaard en instagrammers plaatsen jouw naam onder random melige liefdescitaten die jij nooit uitgesproken hebt.

Terwijl jouw kunst en jouw profiel verteerbaar werden gemaakt voor de westerse mainstream-wereld, vergat men jouw processen, geworteld in islamitische ervaringen.

In ‘The Erasure of Islam from the poetry of Rumi’ analyseert schrijfster Rozina Ali die verduistering heel overtuigend: door de eeuwen werd jouw religiositeit van je onttrokken, zodat het grote publiek je makkelijker kon slikken als dichter. ‘He is typically referred to as a mystic, a saint, a Sufi, an enlightened man. Curiously, however, although he was a lifelong scholar of the Koran and Islam, he is less frequently described as a Muslim.’

Vandaag zou men je bestempelen als een extremist en voor jou een plekje vrijmaken in een cel, naast Belkacem.

Ik heb deze maand opnieuw een aantal fragmenten bekeken uit de film Bab’Aziz, the prince who contemplated his soul (2005). De Tunesische regisseur Nacer Khemir weefde er het werk van islamitische dichters door, waaronder het jouwe. De film begint met een bekende spreuk, geschreven in Arabische kalligrafie: ‘There are as many paths to God as there are souls on Earth.’ Al snel volgt één van de eerste dialogen:

  • 'Bab ‘Aziz, won’t you go to the gathering after all?'
  • 'I will my little angel, I will.'
  • 'Will you go all alone?'
  • 'I’ll find my way.'
  • 'But you’ll get lost!'
  • 'He who has faith, will never get lost, my little angel. He who is at peace won’t lose his way.'
  • 'But where is this gathering?'
  • 'I don’t know, my angel.'
  • 'Do the others know?'
  • 'No, they don’t know either.'
  • 'How can you go to a gathering without knowing where it is?'
  • 'It suffices to walk, just walk. Those who are invited will find the way.'

Doorheen de film giet Khemir zware thema’s in dragelijke poëtische taal en bieden gezongen koranteksten een extra dosis heling. Ik zag de film voor het eerst op Canvas. Zou hij vandaag reactie uitlokken? In het hoekje van de ‘islamisering’ geduwd worden?

Of is de taal die de bekende film gebruikt, net zoals jouw kunst, lieve Rumi, volledig ontdaan van de religieuze basis waarop ze steunt, gereduceerd tot een vage spirituele ervaring? Zie je de gelijkenissen met wat er met zwarte hiphopartiesten gebeurt, Rumi?

Ergens tussendoor vermeldt Bab ‘Aziz jouw gedicht over de vlinders:

The people of this world are like the three butterflies in front of a candle's flame.
The first one went closer and said:
I know about love.

The second one touched the flame lightly with his wings and said:
I know how love's fire can burn.

The third one threw himself into the heart of the flame and was consumed.
He alone knows what true love is.

Ik gok dat dezelfde mensen die je vandaag gretig quoten, je niet zouden begrijpen. Ze zouden je zien als een gek die liefde vereenzelvigt met God en die goddelijke aanbidding aanziet als een affectie die het hele zijn omvat. Ik gok dat men je zou bestempelen als een extremist. Men zou voor jou een plekje vrijmaken in een cel, naast Belkacem.

Ik lees jouw gedicht over de vlinders niet als een zoetsappig liefdesgedicht, wel als de ultieme roep om te blijven vechten voor wat je belangrijk vindt.

Je zou op jouw eigen manier radicaal zijn, wat ik alleen maar toejuich. Zo lees ik jouw gedicht over de vlinders niet als een zoetsappig liefdesgedicht. Het is de ultieme roep om te blijven vechten voor wat je belangrijk vindt. Om jezelf te pushen tot het moment dat je werkelijk ergens voor durft te gaan. En dan gaan. Om continu aan zelfreflectie te blijven doen en te groeien. Om in je angst vooral moedig te blijven.

Toen ik het filmfragment met het vlindergedicht herbekeek, moest ik aan dr. West denken. Hij zegt vaak dat ‘Justice is what love looks like in public’. Ik kan jouw gedicht niet loskoppelen van God, noch van een continue strijd om rechtvaardigheid.

Daarin komen een aantal liefdes van mij samen, want ik kan ook hiphop niet loskoppelen van diezelfde factoren. Zwarte rappers van vroeger en nu hebben me meer dan eens doen nadenken over net die onderwerpen.

Elke keer dat iets of iemand deze verschillende liefdes zoeter maakt voor anderen door hun essentie eruit te trekken, proeft zuur. Maar ook elk keer geeft dat me des te meer zin om de verschillende strijden die gevoerd moeten worden, met elkaar in connectie te brengen. En zo sterker te worden. Klaar om te springen richting God, liefde, rechtvaardigheid. Richting kunst.

Full circle. Net als de nieuwe maan.
Mabrouk el Eid, shaykh Rumi.

Met liefdevolle groet,

Anissa

PS. Ken je het gedicht One van Liza Garza?

I find you in my prayers
and my poems
this is how I know
there is no difference
between art and worship