Hulde of roof?
Door Maryam K Hedayat, op Wed Apr 04 2018 22:00:00 GMT+0000Heisa over het indianenlogo van AA Gent, over sokken van Urban Outfitters met een Ganesh-figuur, over Katy Perry die optreedt als geisha: velen reageren nog altijd met onbegrip. Mag er dan niets meer? Tja, visuele symbolen zijn nu eenmaal meer dan visuele symbolen. Verbrand een gele vlag met een zwarte leeuw op en je zal zien: culturele toe-eigening ligt gevoelig. Waar liggen de grenzen?
‘What would America be like if we loved black people as much as we love black culture?’ (Amandla Stenberg)
Culturele toe-eigening (of appropriatie) is het overnemen van elementen van geschiedenissen, ideeën, artefacten en tradities van een cultuur door een andere, doorgaans dominante of geprivilegieerde groep. Het roept associaties op met decennia van koloniale roofbouw op eigendommen en rijkdommen. Culturele toe-eigening gaat dus over privilege en macht. Soms gebeurt het gewoon zonder nadenken, met een onbewust gebrek aan respect. Minder onschuldig wordt het wanneer overgenomen elementen uit die andere cultuur ironisch of zelfs spottend worden hergebruikt.
Maar altijd vindt er in die conversie een transformatie plaats, zoals iets opeten en weer afscheiden onder een andere vorm. Boeddhistische symbolen worden toeristische hebbedingetjes. Een pijnlijke strijd voor gelijke rechten wordt kunst. Getto wordt hip. Hiphop wordt pop. Wat eerder gedefinieerd werd als van ‘de ander’, wordt ineens acceptabel en winstgevend, omdat de drager, zanger of maker wit is. Ook dat is culturele toe-eigening vaak: een witwaspraktijk. Kan het of kan het niet? Vergelijk de beelden bij onderstaande casussen.
1
In 2017 lanceerde Pepsi een reclamespot geïnspireerd op de Black Lives Matter-beweging, met Kendall Jenner in de rol van Ieshia L. Evans, de vrouw die als teken van ongewapend verzet voor de Louisiana state troopers ging staan. Een daad van verzet, ingebed in decennialange historiek van antiracistisch activisme, wordt uit zijn context gerukt om frisdrank te verkopen. De heldin die weerwerk biedt aan de politie, is wit.
2
Cornrows zijn uitingen van een eeuwenlange culturele traditie, inclusief het sociale proces van vlechten dat erachter schuilt. Zijn ze daarom in Amerika en Groot-Brittannië verboden door sommige scholen en werkgevers? Als hippe reclamemakers of modeontwerpers ze gaan gebruiken, worden ze daarentegen als bij wonder hip. Of ironisch, natuurlijk.
3
Over de lange baard, nog zo’n identiteitsmarker van een minderheidsgroep, valt precies hetzelfde verhaal te vertellen.
4
Of neem de boerkini: ongeoorloofd voor een anonieme moslima op het strand in Nice, stijlvol voor een highfashion model.
5
Voor native Americans (‘indianen’ is een westerse aanduiding) is de verentooi een van de hoogste eretekens, verdiend door onbaatzuchtige daden van moed of dienstbetoon aan de gemeenschap. Dat er anderen mee paraderen zonder ze verdiend te hebben, voelt beledigend.
6
In 1955 werd de veertienjarige Emmett Till door witte mannen gelyncht in Mississippi. In 2016 verwerkte de witte kunstenares Dana Schutz de foto van zijn gehavende lichaam in een schilderij (Open Casket, ‘open doodskist’), wat tot hevige controverse leidde. De iconische foto van Tills verminkte gezicht geldt voor de Afro-Amerikaanse gemeenschap als een bijzonder pijnlijke herinnering. Open Casket werd opgenomen in de prestigieuze Whitney Biënnale. Witte consumptie van zwarte ellende, of een artistieke aanklacht van racisme? Aanvaardbaar of niet?
7
Op basis van foto’s van de rouwende weduwe van Patrice Lumumba schilderde Marlene Dumas De Weduwe (2013), afgelopen zomer in WIELS te zien tijdens de tentoonstelling The Absent Museum. Kan Dumas dit iconische moment in de Congolese geschiedenis probleemloos verbeelden? Zou een Congolese kunstenaar evenveel succes gehad hebben, mocht hij of zij hetzelfde hebben gedaan? Evenveel expositieruimte, evenveel geld en erkenning? Maakt Dumas’ witte blik de geschiedenis interessanter?
8
In Africa van NTGent kruipt Oscar Van Rompay in de huid van een zwarte Keniaan, inclusief naakte, zwartgemaakte huid, het Swahili als taal en andere maniërismen. De voorstelling gaat over Van Rompay zelf, als halftijdse ondernemer in Afrika, maar hanteert stereotiepe beelden van hoe Europeanen over Afrikanen denken. Peter Verhelst tekende voor tekst en regie. Wat willen de makers vertellen? Hoe komt het dat we – tot voor heel kort – geen zwarte verhalen uit of over Afrika te zien kregen in onze instellingen?
Het motto van Amandla Stenberg boven dit artikel valt ook toe te passen op de Lage Landen. Wat als we evenveel hielden van de Turkse gemeenschappen in België als van de Turkse shoarma waar we onszelf soms op trakteren? Wat als we evenveel hielden van de Afrikaanse gemeenschappen als van de Afrikaanse patronen op de designs van Dries Van Noten?