Weg met de literatuurbijlagen

Door op Thu Apr 12 2007 08:49:38 GMT+0000

Literatuurbijlagen. Wie geen interesse heeft in literatuur, schilt er zijn aardappelen op. Wie wel interesse heeft, vindt zijn gading niet. Net zo min als in de literatuurprogramma’s die de laatste jaren de openbare omroep teisterden. Eigenlijk moeten we het boekenprogramma’s en -bijlagen noemen. Het woord literatuur zou te veel kijkers en lezers afschrikken. Waarom dan niet gewoon euthanasie toepassen op de Vlaamse boekenbijlagen?

Dat populaire auteurs het meest aan bod komen in talkshows en op de vrijetijdspagina’s van de krant is niet meer dan normaal. Dat een interviewer het betreffende boek vaak niet eens gelezen heeft en de inhoud bijna helemaal negeert, is op zijn minst respectloos, maar tot daar aan toe. Dat nu ook de literatuurbijlagen de waan van de dag achterna hollen en zo hun opiniemakende rol verloren hebben, is echter wraakroepend. Wie op zoek is naar de staat van de literatuur, zal die niet snel vinden in de bijlagen van De Morgen en De Standaard. Die zijn voor 80 % inwisselbaar en gaan geen dialoog met elkaar aan. We kunnen te weten komen wat de hit van enkele zomers geleden is, welke boeken beroemdheden mee op reis nemen en welke boeken ze cadeau doen. In tientallen lijstjes krijgen we opsommingen van de beste vakantieboeken, korte verhalen, zinnen of titels.

Ondertussen dreigt de voldragen recensie te verdwijnen. Wat nog wel recensie heet, is vooral korte inhoud en lijkt vaak op de achterflap, aangevuld met een korte herkauwde beoordeling. Deze zomer waren er zelfs ‘recensies’ van minder dan tachtig woorden te vinden. Nochtans zouden de recensenten al een flinke dosis lef kunnen tonen door een eigen mening te verdedigen. Dat geldt ook voor televisie. Zeeman toonde in Nederland hoe het kon en Reich-Ranicki deed het onnavolgbaar in Duitsland. Hij zei: ‘Duidelijkheid is de hoffelijkheid van de criticus.’ Dat geldt ook in Vlaanderen. Want als de criticus recenseert buiten het raamwerk van de literatuurbijlage, online of in tijdschriften als dit, neemt hij vaak wel een duidelijke en zelfs gewaagde stelling in, die een debat kan aanzwengelen of met een ruimer publiek zelfs opinievormend zou kunnen zijn. In tegenstelling tot in de ons omringende landen zijn cultuur- en literatuurblogs hier nog een marginaal verschijnsel.

Wie op zoek is naar de staat van de literatuur, zal die niet snel vinden in De Morgen en De Standaard

LEENTijdschrifteninVlaanderenHoewel ook de recensies in onze buurlanden korter worden en er steeds meer boekenbijlagen verdwijnen, is de dynamiek er vaak groter. Neem nu het Duitse geval Hegemann. Helene Hegemann was zeventien jaar oud toen haar aangebrande debuutroman Axolotl Roadkill begin dit jaar door recensenten de hemel in werd geprezen. Daarop volgde een boeiende discussie tussen kranten en blogs, waarbij de vraag centraal stond of haar leeftijd ertoe doet bij een beoordeling. De societymedia namen het verhaal gretig over en Hegemanns nominatie voor de Leipziger boekenprijs leek qua persaandacht wel een Oscarnominatie. Toen het onlinemagazine Perlentaucher amper een maand later onthulde dat Hegemann bepaalde passages had overgeschreven van een blogger, werd de discussie warriger, maar ook interessanter. De vraag was niet gewoon of deze intertekstualiteit kon, de vraag werd of het Hegemann omwille van haar leeftijd al dan niet vergeven werd dat ze de bronvermelding vergat. Toen gingen ook kleppers als Günter Grass en Christa Wolf zich met de zaak bemoeien. Ze namen de gelegenheid te baat om aandacht te vragen voor de kwestie ‘geestelijke eigendom’.

De critici die de zaak Hegemann in het centrum van de literaire discussie hadden gebracht, haalden ze er ook weer uit en verruimden het debat. De hype leefde nog even voort, maar stierf daar zonder de zuurstof van de literaire feuilletons een stille dood. Hegemann, die zich eerder neerbuigend had uitgelaten over het soort aandacht dat ze van de kritiek kreeg, probeerde opnieuw in de schijnwerpers te komen door de publicatie van het essay ‘Aan mijn critici’. Toen de bijlagen daarop niet reageerden, vonden ook de populaire programma’s het niet langer de moeite om de kwestie op te rakelen.

Dat er verschillende stemmen in de literaire kritiek met elkaar in discussie kunnen gaan en dat die discussie dan richtinggevend is voor wat de populaire pers schrijft en laat zien, kan niet alleen de zegen zijn van een groter taalgebied. Het gaat om de autoriteit die critici verwerven door de kwaliteit, maar vooral ook door de doordachte keuze van interviews en recensies. Er moet een zeker risico genomen worden om ontdekkingen te kunnen doen, en de redactie mag daarbij niet bang zijn om de bal mis te slaan. De vraag moet zijn of het geheel van wat er in de bijlage staat dát literaire totaalbeeld geeft dat de redactie wil tonen.

Hoewel ook in onze buurlanden er steeds meer boekenbijlagen verdwijnen, is de dynamiek er vaak groter

Als we daarom nu eens liefdevol euthanasie toepassen op de Vlaamse boekenbijlagen (de televisieprogramma’s lijken dat zelf wel te doen)? Dan komt er misschien eindelijk genoeg levensadem voor nieuwe initiatieven die wel met elkaar dialogeren. Het is een radicale stap, maar beter dat dan de schijn hooghouden dat de kranten nog engagement tonen om aan kwaliteitsvolle literatuurberichtgeving te doen. De kritische kwaliteit die er is, zal in dat gewiede veld des te beter groeien. Sommige tijdschriften, onlinemagazines en blogs zullen met vallen en opstaan het geslagen gat opvullen. Enkele daarvan zullen door hun doordachte keuzes toonaangevend worden en nieuwswaarde genereren. Dan moeten de kranten de dialoog weer aangaan. Dat dit geen naïeve gedachte hoeft te zijn, bewijst de Volkskrant. Een jaar na het verdwijnen van haar literatuurbijlage, blies ze ze nieuw leven in. In het scenario met happy end zijn de kranten dan zo eerzuchtig dat de bijlagen uit hun as herrijzen om ijkpunten in het literatuurlandschap te vormen. Op die manier zal literatuurkritiek misschien eindelijk weer kunnen selecteren, informeren en duiden. Ze kan weer een context scheppen en bemiddelen tussen werkelijkheid en verhaal, lezers voeden én opvoeden.