Van Samson tot Scrooge

Door Wouter Hillaert, op Thu Apr 12 2007 08:49:38 GMT+0000

Ze zijn geturfd, geteld en overlegd met meester Van Backlé: 251 podiumvoorstellingen heb ik in 2004 gezien. De laatste 10 waren producten uit wat fundi's 'de commerciële sector' en anderen 'de vrije scène' noemen. Ik wou mijn gesubsidieerde oogkleppen eens opentrekken. Ver genoeg, tot al dat illustere podium waarover kennissen en verre familieleden steevast tegen mij beginnen 'omdat gij daar toch mee bezig zijt, hé?' Van de voorstellingen die ze dan noemen, heb ik negen van de tien keer nog nooit gehoord. Redelijk gênant, eigenlijk. Ik dus eens goed mijn huiswerk gaan maken, in nieuwe zalen en tussen volstrekt andere toeschouwers. En 't was plezant! Ik heb een Samson-masker cadeau gekregen. Ik heb onder het mom van Boon een mooi meisje uit de kleren zien gaan. Ik heb zelfs Bart Kaëll in 't echt gezien. En de conclusie? Het heeft daar in de vrije sector allemaal iets te maken met een ingewikkelde relatie tot een virtueel publiek. Wat wil het, dat het ervoor betaalt? En hoe laat je die overweging toch niet te veel opvallen? Geen gek idee om een artikel rond te brouwen. Of wat zijn uw verwachtingen? Wat u ook wilt, ik geef het u. 't Is een spelleke, ga naar 1.

  1. Een commerciële voorstelling begint steevast met een duidelijke inleiding. Een duidelijke inleiding. Er komt een verteller, die het begin vertelt. Zoals in Scrooge. Of een professionele opwarmer, die de zaal opwarmt. Zoals in de Caals en Van Vooren Winterrevue. De opwarmer wijst op de lichtgevende bordjes die boven de scène hangen, zoals 'pauze' en 'applaus'. Als ze gaan branden, is het pauze of moet het publiek applaudisseren. 'Even proberen?' Het publiek gaat al vol jolijt met de armen zwaaien nog voor er ook maar iets te zien is geweest. Hallucinant. Net zo gaat een zaal vol kinderen spontaan brullen als bij Studio 100 een enthousiaste stem op band Gertje of Piet Piraat aankondigt en inleidt. De rest van de personages wordt op de scène gehaald met een liedje dat hen nog eens goed presenteert. Ook in de kleutermusical Nijntje is er weer. 'Wie verbergt zich daar achter het huis? Ja, dat is moeder Pluis!' Vrije voorstellingen onthalen nog hun publiek, en wel zo open mogelijk. ('applaus') De toeschouwers zítten er, de performers verhouden zich tot hen. Maar ze peperen meteen ook in dat er geen video- of geluidsopnames gemaakt mogen worden. Zo gaat de inleiding. Ze schept het kader voor het theaterbezoek. Zo duidelijk mogelijk.

Wie nu eerder een anekdotisch vervolg wil, gaat naar 3. Wie meteen de keiharde analyse zoekt, gaat naar 5. Dus als je nood hebt aan iets luchtigs, schakel gewoon door naar het op één na volgende blokje, met nummer 3. Ben je eerder een meerwaardezoeker die het hier al knap vervelend vindt worden, ga dan op zoek naar het nummer 5. Wees welkom! Het is trouwens verboden dit artikel te kopiëren. Dit als inleiding.

  1. Hoe schrijven over commerciële voorstellingen? Het is minder moeilijk dan het lijkt, zelfs met een gesubsidieerde blik. Je doet gewoon wat je altijd doet: uitgaan van wat je vanuit de voorstelling vermoedt dat de makers beogen en daartegen het resultaat afpassen. In het geval van de vrije sector is dat doel negen op tien keer entertainment. Word je geëntertaind? Dan is het goed. Voel je verveling? Dan niet. Zo simpel is het. Natuurlijk is dat allemaal heel persoonlijk, dat geëntertaind gevoel bij humor à la de Winterrevue of danstheater à la Mayumana. Maar of iets goed gemaakt is of niet, dat voelt zelfs het kleinste kind aan zijn water. Een commerciële voorstelling is goed gemaakt als ze de juiste balans vindt in haar (show)effecten en ritmisch perfect ineenhaakt. Als ze mooi is om naar te kijken, en net als elke andere voorstelling getuigt van een zeker geloof in het getoonde. In het beste geval raakt ze je daarmee in de buik. Kortom: een commerciële voorstelling is goed als ze je op een of andere manier overdondert, met spektakel. Hoogstens kan je je daar als criticus nog bij afvragen vanuit welke ideologische onderbouw ze dat doet, en daar dan wat kritische ballonnetjes over oplaten. Zo is de Gert en Samson Kerstshow goed gemaakt, maar toont hij zich fundamenteel consument-kapitalistisch als Samson aan het marsmannetje Wiwi uitlegt wat Kerstmis eigenlijk is. 'Dat is als je veel cadeautjes krijgt, en met veel eten.' Dat Kerst toevallig ook iets met Jezus te maken heeft, wordt hier voor het gemak achterwege gelaten. Het is een detail, maar het zegt alles over de welbepaalde productionele structuur waarin dit soort shows zit. Net zo wordt in Scrooge Charles Dickens' sociale aanklacht tegen de uitbuiting van de laagste klasse herleid tot een wollig kerstverhaal. En zit de humor uit de Caals en Van Vooren Winterrevue van Studio 100 af en toe flink op de kap van homo's, vrouwen en zwarten. White male trash, dat kan je als criticus niet over je kant laten gaan. Observeer, deconstrueer, reageer. Daar worden commerciële voorstellingen alleen maar beter van.

Had je dit soort van kunstkritiek graag ook even in praktijk gezien, ga dan naar 13. Allemaal veel te moeilijk of te veel moeite? Ga naar de sterrenslag in 21. Voor de productionele structuur van dit eigenste artikel, ga naar 7.

  1. Donderdag 23 december, tegen 23u, in de foyer op 't schoon verdiep van de Capitole in Gent. De première van Scrooge is net achter de rug. Op scène werd in het licht van de kerstboom een lans gebroken voor de gelijkheid van alle klassen, maar hier laat men alleen genodigden toe. Wij zijn erbij! En kijk, Joyce De Troch is er ook. Ze krijgt rimpeltjes rond haar ogen. We zwijgen erover, en banen ons een weg. Verderop in de foyer gonst het van de geruchten. Regisseur Marnik Baert (wie?) zou er twee dagen voor de première finaal uitgegooid zijn, samen met een derde van zijn voorstelling. Dat verklaart misschien waarom er tegen het eind plots een halve pianobar uit de coulissen komt rollen, en meteen daarop weer teruggetrokken wordt. Oeps, foutje! In gesubsidieerde voorstellingen zijn zulke onhandigheden best leuk, maar hier doen ze de hele effectconstructie van op- en afgangen als een pudding ineenzakken. We lachen er eens goed om in de foyer, en nemen ons nog een glas champagne. Het is vier dagen voor Tsoenami. Proost! Op de voorstelling!

Vindt u dit soort kunstkritiek veel te makkelijk, ga naar 5. Meer ramptoerisme? Ga naar 6.

  1. PAUZE (In commerciële voorstellingen steevast een pauze. Vaak al heel snel. Voor 't financiële welzijn van 't bedrijf.)

Blader even door naar een ander artikel, of maak uw tante of uw buurman een cultureel cadeau van 15 euro over. 't Is geen geld, voor één commerciële voorstelling heb je twee abonnementen op rekto:verso. Ga naar 753-0063912-74, met vermelding van naam en adres. En dan weer naar het echte werk, in 15.

  1. Scrooge is de eerste productie van de Dickens-trilogie waarmee Music Hall Group zich in de loop van drie jaar op het serieuzere werk wil storten. Die inzet voel je ook voortdurend op scène. Er wordt onverwacht weinig op de lach gespeeld, en dubbel zoveel op de dramatiek van de personages. In een vooruitgeschoven positie staat de titelfiguur. De rijke en vrekkige brombeer Scrooge wordt lang niet onaardig ingevuld door Jef Demedts ('applaus'), tenminste tot hij na een reeks gedroomde scènes met de Geesten van het Verleden, het Heden en de Toekomst finaal tot een inzicht moet komen over zijn foute morele instelling. Dat gaat gepaard met een langgerekte schreeuw en met geëxalteerde gebaren van verdriet en ontzetting. Huilen met de hoed op. Grote gevoelens uitdrukken lukt ook de andere acteurs weinig overtuigend, of toch niet in deze regie. Laat die ware gevoelsexpressie voor Marnik Baert nochtans net de basismotivatie geweest zijn om Scrooge bij Music Hall Group te doen: 'Temidden van de wilde (nieuw)avantgardistische theaterexperimenten wil ik teruggrijpen naar het theater waar de eerlijke emotie aan de orde is, en waar acteurs de kans krijgen terug hun publiek te pakken en mee te slepen in de verhalen die ze willen vertellen.' Ronkende reclametaal, zo blijkt. 'Eerlijkheid' en 'noodzaak om te vertellen' zijn net de laatste bloemetjes die je deze productie kan toegooien. Scrooge verzaakt daarvoor te zeer aan de fundamentele theaterwet dat je emoties niet zonodig hoeft te illustreren op scène om ze te doen ontstaan in de zaal. Het is het principe van de tragische clown: hoe vrolijker hij probeert te doen, hoe droeviger hij overkomt op zijn toeschouwers. Bij Demedts en co gaat het net andersom. Al was dat waarschijnlijk niet de bedoeling: het grote sérieuxvan Scrooge is omgekeerd evenredig met de psychologische motivering van de personages. Zeker wat de morele omslag van de titelfiguur zelf betreft. Alles in deze voorstelling is erop geplakt.

Dit alles graag in een bredere context? Ga naar 11. Nood aan een beetje meer reclame voor 't commercieel bedrijf? Ga naar 16. We geven u wat u wil!

  1. Michel Uytterhoeven, baas van het Vlaams Theater Instituut, in zijn woord vooraf bij de Courant van precies twee jaar geleden: 'Ik ben gaan kijken naar Boeiing Boeiing_. Dan moet u niet meer persé. Het poeplelijkste decor van de eeuw, een slome regie en bijzonder matige acteurprestaties, zeker van de ingehuurde BV's. Toch vier constateringen: ticketprijs duurste plaatsen: 30 euro, amper een 400-tal mensen in de zaal (een halve parterre), ik ken niemand in het publiek (na tien jaar verbonden aan de Antwerpse scènes), het applaus duurt nog geen halve minuut._ Mundus vult decipi_, de Romeinen wisten het al: de wereld wil bedrogen worden. Ik heb niks tegen het zogenaamde vrije circuit, maar de prijs-kwaliteitverhouding tart bij deze productie toch wel elke verbeelding. Volksverlakkerij van het ergste soort. Het publiek, ook dat publiek, weet beter, durf ik hopen.'_ Het is zowat de perfecte samenvatting van hoe men in het gesubsidieerde veld over de commerciële jongens denkt.

Fan van Mister Michel? Ga naar 8. Merkt u ook een bepaald tendentieus toontje in zijn analyse? Ga naar 9.

  1. Met dank aan onze sponsors: KC Vooruit, KC Nadine, Onder de torens, Het muziek Lod, KVS/De Bottelarij, Theater Antigone, Het Toneelhuis, Victoria en de Vlaamse Gemeenschap. Allemaal gesubsidieerde of subsidiërende organisaties, inderdaad. Dat zegt veel over de teneur van dit artikel. Of niet? Ga naar 13.

  2. Michel heeft gelijk. Er zitten in het aanbod van de commerciële sector echt dingen die niet om aan te zien zijn. Ondingen, in één woord. Zoals de Winterrevue van Luc Caals en Dirk Van Vooren, aangekondigd als 'de koningen van de Vlaamse humor'. Humor, haha. Veeleer een amalgaam van platte lollen, bijeengeharkte grollen, goedkope slapstick en vette bekkentrekkerij, stuk voor stuk verstikt in te veel travestietige verkleedpartijtjes. Zeker, er is een kader. De twee heren hangen hun show op aan het thema '51 jaar televisie' en vullen hun revue in als de lancering van een eigen zender. Toch persifleren ze gewoon het hele zwik aan programma's dat hoogtij viert op de commerciële zenders waar zijzelf buiten hun theaterbezigheden kind aan huis zijn. Van Blind Date en de Soundmixshow tot reality-shows à la De Pfaffs. Telkens komt daar hetzelfde verlopen volkskoppel Jozef en Zulma door fietsen, voor gags die je van kilometers ver ziet aankomen. En als dat 'scouteske' recept is uitgewerkt, wordt Bart Kaëll uit de kast gehaald om met zijn Marie-Louise en andere hits de zaal collectief aan het zwalpen te krijgen. Of wordt er gewoon een overzicht van historische tv-tunes ten gehore gebracht. Of mogen Patrick Onzia en Daisy Thys en de tien mooie dansmariekes van Caals en Van Vooren alweer in een nieuw pakje komen opdraven. Het is samengeraapt als een berg herfstbladeren, het wordt zelden goed gebracht, het is erger dan zijn eigen persiflage. En de zaal buldert van het lachen. Drie uur lang.

Al die triestige toestanden even doorspoelen met een échte grap? Ga naar 10. Meer over theater en tv? Ga naar 15.

  1. Michel heeft ongelijk, van op zijn hoge toren. Waarom gebruikt hij 'amper' in combinatie met '400 toeschouwers'? In veel gesubsidieerd theater is datzelfde aantal al een groot succes. Trouwens: in de tien voorstellingen die ik zag, zat het bakje wél steeds zo goed als vol. En in plaats van applaus van halve minuten maakte ik vooral veel staande ovaties mee. Ik snapte soms ook niet goed waarom, maar wat kunnen wij zeggen over 'dat publiek'? Dat er geen mensen tussen zitten die we kennen, met al onze jaren theaterervaring? Ja, dag! Dat zegt geen ene sok over de waarde van de voorstelling waar ze naar zitten kijken, maar alles over onze eigen beperkte theaterervaring. Ja, het is een kwestie van criteria en perspectieven. Laten we dus de zaak gewoon even omdraaien, met een uitspraak van Frank Aendenboom over zijn principiële keuze voor de vrije sector: 'Wat daarbuiten gespeeld wordt, interesseert me niet meer: het genre niet, de mensen niet en de manier van werken niet. Wat nu gemaakt wordt, is te intellectualistisch, te obscuur. Het is theater dat te veel met zichzelf bezig is. Het is zo oninteressant. (en hier hoort dan tromgeroffel, taratataaa:) Er is niets zo mooi als goed theater en er is niets zo vervelend als oninteressant theater.' Goed gezegd, Frank! ('applaus'). To be good or not to be interesting, that's the question. Maar wat is wat?

Voor goede of interessante commerciële producten, begin bij 13. Voor de consequenties van deze criteriumkwestie voor de toegepaste theaterkritiek, ga naar 2.

  1. 't Mag al eens om te lachen zijn, dat verkoopt beter:
  • Kent u het verschil tussen Samson en Piet Piraat? Er is er geen, er staat bij alle twee haar op! Hahahaaa!

  • Weet je waaraan je een commerciële voorstelling kan herkennen? Als een acteur een groot verdriet probeert over te brengen, is dat altijd om te lachen! Hahahahaaaa!

  • Weet je waaraan je een gesubsidieerde voorstelling kan herkennen? Hoe meer toeschouwers er uit weg lopen, hoe beter ze achteraf bevonden wordt! Hahahahaaach…

  • Kent u het verschil tussen een commerciële en een gesubsidieerde voorstelling? Ga naar 18.

  1. Commerciële voorstellingen als Scrooge vertonen een neiging tot overduidelijkheid. Nieuwe personages komen pas op als de vorige afgaan, er wordt op het podium druk gewezen en in de juiste richting geblikt, het vertelde wordt vaak ook als dusdanig uitgebeeld en de decorstukken passen zo concreet mogelijk bij de dramatische situatie (met soms een hoop vertragende decorwissels tot gevolg). Ik zal een paar voorbeelden geven. Zo rollen ze in de Nederlandse musical Passion een volledig uitgedost treincoupeetje de scène op, voor een reisdialoog tussen hoofdpersonage Giorgio en zijn stalkster Fosca. In dienst van diezelfde herkenbaarheid gaat elk tovermoment in Piet Piraat en de Samson & Gert Kerstshow gepaard met dezelfde lichtwissel op hetzelfde muziekje, zodat het tegen het einde echt een systeempje wordt. Mijn eerste conclusie? Al die klaarheid is een democratische tendens waar het gesubsidieerde theater nog een puntje aan kan zuigen, maar het heeft soms net een tegengesteld effect. Nog een voorbeeld. Zo komt de verduidelijkende verteller (Werther Van der Sarren) van Scrooge behalve totaal overbodig vooral vertroebelend over. Zijn inleiding bijvoorbeeld zorgt ervoor dat de tijdsverhoudingen in het gepresenteerde verhaal vooral ónduidelijk worden. Je gaat je er een hoop vragen bij stellen. Presenteert hij het verhaal vanuit het heden? Is de rest dan een flashback? Waarom begint hij dan met nog eens de voorgeschiedenis van Scrooge te vertellen? Je raakt er niet wijs uit, laat staan dat de mee beoogde kinderen in de zaal het snappen. De dubbelop-commentaren van deze verteller vertragen en verwarren bovendien het hele verloop van de voorstelling. Mijn slotzin is dan ook klaar. De slechtste commerciële producties zijn diegene die in hun tendens tot 'één-op-één' en 'één-na-één' juist complexer worden.

Begreep je deze analyse niet helemaal? Ga naar 11. Geïnteresseerd geraakt in commerciële decors, en zin in iets over de potentiële meerwaarde van commercieel theater? Ga naar 19.

  1. De opbrengst van dit blokje gaat naar de actie Tsoenami 12-12. Ga gewoon door naar 13.

  2. Maar er wordt wel degelijk goed theater gemaakt in de vrije sector! Neem nu Pippi Langkous, een Vlaams-Nederlands product van Theater Familie B.V. Zonder al te veel moeite is het vrijgevochten gevoel van de tv-film verplant naar de statische toneelruimte. Een enthousiaste Veerle Baeten springt als Pippi van de hak op de tak, en naast haar jongleert Michele Tesoro als het aapje Meneer Nilsson het meest geloofwaardige personage van alle geziene voorstellingen bijeen. Wat je van Pippi Langkous mag verwachten, gebeurt ook. Het swingt. Het tikt van het een op het ander, zonder dat het (zeker voor de pauze) ook maar ergens te barok of te systematisch wordt. Pastellia, Kriebelkuch en Hakkelhoest, de drie nuffige tantes van het kinderhuis, steken daar in hun grijze korsetten strak tegen af, terwijl de moeder van Tommy en Annika net voortdurend de slappe lach krijgt. Haar vrolijkheid verschilt van Astrid Lindgrens originele personage, en dat toont hoe vrijelijk er hier met het origineel omgesprongen is. Zo plopt na een lange expositie van de personages plots een message bottle op, als aanzet voor de eigenlijke verhaalontwikkeling. Dat is tekenend: ook in commerciële jeugdproducties als Samson en Piet Piraat valt het narratologische breekpunt pas na één derde van de voorstelling. De show gaat voor, dan pas de plot. Pippi moet op zoek naar haar stoere zeemansvader, die gevangen zit op een Pirateneiland. Hij wordt er 'gefolterd' door oppervrouw Renate de Pirate, die hem dwingt te wassen, te plassen en te strijken. In die openlijke omkering van de seksetegenstellingen komt Renate trouwens overeen met Stien Struis, het vrouwelijke Jerommeke uit Piet Piraat, én met Mieke Maaike, die in Mieke Maaike's Obscene Jeugd alle mannelijke specimens uit haar dorp naar haar pijpen doet dansen (en daarbij mag u, beste klant, 'pijpen' gerust dubbel begrijpen, dat verkoopt altijd beter). Maar gegeven dat zulke subversieve gender-commentaren zelden voorkomen in de hoogstaande gesubsidieerde sector, nuanceert dat toch een en ander. Bovendien verschilt Pippi Langkous in z'n gevoelige dochter-vaderproblematiek nauwelijks van de jeugdproducties van pakweg Bronks. Wanneer Pippi even over halfweg haar eenzame vadernood uitzingt, krijg je er zelfs koude rillingen van. Ze is een van de weinige (geloofwaardig) gediversifieerde personages die we gezien hebben.

Fan aan het worden? Ga door naar 16. Nood aan een pauze? We geven u wat u wil! Keer terug naar 4.

  1. Mieke Maaike's Obscene Jeugd, of hoe een vrije productie probeert te promoveren op Boon, maar diens literaire karbonkelzinnen wel erg jammerlijk naar theater vertaalt, juist door ze niet te vertalen. Wat meer de tekst ontbloten in plaats van de tieten van actrice (nou ja) Lucinda Dusoleil had deze monoloog véél meer ballen gegeven. Ga naar de bijhorende foto, daarmee hebt u het beste gezien. En dan naar 17.

  2. Nogal wat commerciële voorstellingen zijn eigenlijk films en tv-series die omgewerkt zijn voor het theater. Zo zijn Nijntje is er weer, Piet Piraat, Samson & Gert en Pippi Langkous allemaal theatrale verlengstukken van formats die het (jonge) publiek al kent van op tv. Dat geeft een verwachtingshorizon die er al op voorhand ingepeperd zit, en daar spelen de makers dan ook handig op in. De hele zaal buldert enthousiast de Piratensong mee, of maakt bij Samson de vaste quotes van Meneer Spaghetti ongezouten af. De kwaliteit van zulke voorstellingen valt dan ook samen met de mate waarin ze de gekende basisformats weten over te doen. Dáárom doen de kostuums en de decorstukken van Nijntje zo tweedimensionaal aan, en worden ze stuk voor stuk afgezoomd met dikke contourlijnen: het moet zo veel mogelijk Dick Bruna zijn. Want een zaal vol paniekerige kleuters is natuurlijk nefast voor de verkoopcijfers. Of stel je een Pippi voor zonder sproeten, revolutie op alle banken! Het beperkt de creativiteit van makers en acteurs tot puur kopiëren. Hoogstens kunnen ze wat eigen fantasietjes kwijt in het verhaaltje zelf. En zelfs dan blijft de invloed van tv en film onverminderd gelden. Van Walt Disney zie je succesprincipes terugkeren als de 'goede vrolijke kwast'-vriend, of de 'from zero to hero'-lijn. En niet alleen inhoudelijk maar ook vormelijk worden commerciële voorstellingen bepaald door zekere filmische neigingen. Heel intrigerend is hoe zowel Scrooge als Passion onder specifiek licht aanvangen met een bewegende scène waarop je de hoofdpersonages aan de slag ziet in hun huiselijke omgeving. Alsof er een camera op inzoomt, ik kan het niet anders uitleggen. Je hoort ze niet, ze doen. In Passion is dat - o climax der filmscènes - klaarkomen in bed. Als getelefoneerde overgang (in de commerciële sector veel getelefoneerde overgangen) zou je dus kunnen zeggen dat het theatermedium steeds meer geneukt lijkt te worden door televisie en film, ook in zijn epische opeenvolging van verschillende plekken van handeling. Maar ergens bevestigt dat juist de ultieme kracht van theater. Want als producenten als Studio 100 over zo'n massamedium als tv beschikken, waarom kiezen ze dan nog voor theater? Het zal wel iets met winst te maken hebben, maar minstens evenveel met de blijvende noodzaak van de live-ontmoeting. Commerciële voorstellingen benadrukken daarmee bij uitstek dat het met theater nog lang niet gedaan is, wel integendeel.

In één rechte lijn naar het happy end? Ga naar 22. Voelt u zoiets als hoop, die u wil delen? Ga naar 12.

  1. En dan nu… TIJD VOOR RECLAME:
  • De Samson & Gert Kerstshow, komt dat zien! Met nadruk op show, maar verdomd goed gemaakt. Marsman Wiwi komt met zijn schotel écht uit de lucht gegleden, en het decor klapt open als een boek! Maar vooral: de verbluffend synchrone overtuiging waarmee de achttien jonge meisjes van de Samson balletgroep in steeds nieuwe pakjes de liedjes komen opzwepen. Communistische toestanden, maar puur spektakel! De Samson & Gert Kerstshow! Kom voor de kick van duizend kinderstemmen die als uit één mond 'Albertooooo' schreeuwen. Kippenvel! Koop nu uw tickets, voor uw kinderen er mee weg zijn! ('applaus')

  • Passion, ideaal voor u en uw overspelige partner! Militair kan niet kiezen tussen zijn liefhebbende vriendin en een passionele stalkster. Doet het uiteindelijk toch, en dat brengt hem tot in het gesticht. Happy end niet in de prijs. Wel een naakte openingsscène! En voor de rest een ode aan de hartstocht. Opvallend geslaagd in haar harmonisering van verschillende locaties en bewustzijnslagen, in zang en muziek. Neigend naar opera: de musical Passion! Nederlands, en dus zoveel beter. Koop nu uw tickets, voor uw man finaal zijn biezen pakt!

  • William Shakespeare abriged, goeie Engelse slapstick zolang je de dramaturgische lat maar niet te hoog legt! Shakespeares hele toneeloeuvre in 97 minuten, waarvan ongeveer de helft voor Hamlet. Travestie, ironie en hihi. William Shakespeare abriged! De koningsdrama's als een rugbymatch, Titus Andronicus als een kookprogramma. Alles gespeeld met een flegma en een mimiek om u tegen te zeggen. U! U koopt toch ook?

Voor u liever wat antireclame, voor de fun? Ga naar 14. Of verkiest u het nóg lichtere genre? Ga naar 10.

  1. Eén punt heeft Mieke Maaike's Obscene Jeugd voor op alle andere commerciële producten: de volle overtuiging waarmee actrice (nou ja) Lucinda Dusoleil zich in de diepte stort. Dat geloof doet deugd. Want in veel ander werk dreigt voortdurend het gevaar voor een gemechaniseerde dramatische expressie. Daar zitten de acteurs en dansers er soms gewoon niet in. De massascènes in Scrooge, de choreografietjes op de liedjes van Piet Piraat, de dansmariekes van de Caals en Van Vooren Winterrevue, ze komen allemaal over als iets aan een lopende band. Dan nog liever het overtuigde failliet van Mieke Maaike, ook al werkt Dusoleils absolute zelfgeloof in zo'n extreem artificiële voorstelling natuurlijk dubbel droef. Een doorgedreven acteursregie is dé uitdaging voor de commerciële jongens.

Waar 't commercieel wel goed in is, of kan zijn? Ga naar 19. Voor de ranking van genoemde voorstellingen in de Tip Tien, ga naar 21. We geven u wat u wil!

  1. En ondertussen in de gesubsidieerde sector… Ook Dirk Pauwels van Victoria onthaalt zijn publiek steevast met een kaderende inleiding. Ook in de Singel kan een theaterticket tot 30 euro kosten. Ook bij de Queeste speelt er met Dirk Tuypens een BV uit een bekende tv-soap. Ook HETPALEIS produceert wel eens een musical waarvan ritme en licht volledig bepaald worden door swing en timing, zoals Lodewijk, de koningspinguïn. Ook De Tijd staat soms met uitgebreide en precies gechoreografeerde bezettingen op scène. Ook het voormalige Publiekstheater koos in minstens de helft van zijn voorstellingen voor een vlak en kleurig uitgelicht achterdoek. Ook Amai mijn oor! van 4Hoog en Mijn mond eet graag spinazie, maar ik niet van De Werf bouwden op een concertstructuur rond vrolijke rijmliedjes en —nummertjes van een paar expliciete typetjes. Ook bij het Toneelhuis hebben ze vaak een handje weg van dik aangezette humor, en van wat vrolijk bloot. Ook 't Arsenaal geeft in zijn infoblaadje steevast het woord aan sponsor Fidea, die dan mag zeggen hoe goed zijn redelijk barslechte producties wel niet zijn. Ook het ro theater maakt jaarlijks een hoogst toegankelijke kerstvoorstelling, waarvoor het vaak ook het grote decor uit de kast haalt. Ook bij de Vieze Gasten staan er revues op het repertoire. Ook Pascale Platel houdt van show… Slotsom: er is op en naast de scène eigenlijk zo goed als geen verschil tussen het vrije en het gesubsidieerde veld.

Akkoord met deze stelling? Schuif dan meteen door naar ons happy end in nummer 22. Ga je niet akkoord, dan vertel ik je graag wat je wil horen in nummer 20.

  1. Weg met 't gesubsidieerd, leve 't commercieel! Tenminste wat betreft twee aspecten: scenografie en grote cast. Kijk naar Pippi Langkous. Als daar het doek opengaat (in de commerciële sector nog steeds een doek), openbaart zich met het huis van Pippi een decor waar je het eerste halfuur niet op uitgekeken raakt! ('applaus') Het is een houten en verticaal gerichte torenbouw van opeengestapelde kamers, vensters en afdakjes. Bovenaan wiebelt er een hemelbed uit, overal wapperen lappengordijnen. Scenograaf Niek Kortekaas, ook de regisseur, heeft hier zijn hart mogen ophalen. Maakt hij werk voor de gesubsidieerde sector, dan moet hij waarschijnlijk vooral beknibbelen. Want behalve af en toe in HETPALEIS of in het Toneelhuis, zie je op de reguliere podia - eventjes zwart wit, dat hoort erbij - enkel nog non-decors. Oh schone achterwand van de schouwburg, gij zijt geloofd! Mits goed gebruikt, kan een voldragen decor hét profileringmiddel zijn voor de vrije sector. En ook massa's volk op scène vormt zo'n gat in de gesubsidieerde markt. In Scrooge doen er meer dan vijftig stuks mee! Ze worden dan wel al te kunstmatig geënsceneerd, als van die typisch geluidloos babbelende massa's rond de protagonisten, maar wat een dramatisch potentieel! Daar valt overdonderend spektakel mee te maken! ('applaus')

Eerder cynisch? Voel je bevestigd in 8. Voor de verklaring achter de flitsende decors en de grote volksmassa's, ga naar 15.

  1. Bij wijze van samenvattende catharsis zie ik drie essentiële verschillen tussen een commerciële en een gesubsidieerde productie:
  • In een commerciële voorstelling is het element 'verbeelding' vaak nul. Pippi Langkous en Mayumana niet te na gesproken, wordt de fantasie van het publiek telkens feestelijk dicht geplamuurd. Het vertelde wordt uitgebeeld, in een illustratief decor. Terwijl een gesubsidieerde voorstelling zijn publiek wel eens overschat, is het probleem van de commerciële jongens dat ze het steevast onderschat.

  • Commerciële producties zweren bij hun effect op de publieksbanken, niet bij hun noodzaak of geloofwaardigheid op het podium zelf. Het zit 'm in de presentatiestructuur waarin ze vastzitten: ze zijn gemaakt voor de grootste zaal. Dáárom moet zelfs Pippi als ze wakker wordt met drukke gebaren haar ogen uitwrijven: de (minder betalende) kindjes achteraan moeten het ook kunnen zien. Vandaar ook alle overduidelijkheid, alle decor- en kostuumwissels, alle geformaliseerde dansnummertjes. Het is een kwestie van zichtbaarheid.

  • Veel commerciële (jeugd)voorstellingen drijven op een drieledige structuur, overgenomen uit het klassieke sprookje. Het aantal proeven die Piet Piraat moet uitvoeren tegen vijand Groenbaard, het aantal geesten in Scrooge, het aantal video-interventies van kluns Van Leemhuyzen vanuit Wiwi's ruimtetuig in Samson & Gert,het is allemaal gestructureerd volgens de archetypische drievuldigheid. Dit klopt niet helemaal, maar 't is voor de drieledigheid van mijn onderscheidende kenmerken. Verkoopt altijd beter.

Hebt u grote vragen bij deze conclusie, keer terug naar 1. Of abonneer u op TV Express.

  1. Tip Tien om te zien:

Pippi Langkous ****

Samson & Gert Kerstshow ***

William Shakespeare abriged ***

Passion ***

Nijntje is er weer ***

Mayumana **

Scrooge **

Mieke Maaike's Obscene Jeugd *

Piet Piraat *

Caals en Van Vooren Winterrevue *

***** lang leve de commerciële sector!

**** intelligent en uiterst genietbaar

*** goed gemaakt in zijn genre

** weinig echt goede stukjes

  • bedroevend laag niveau

Wilt u ook eens gaan kijken? Dat kan! Voor komende speeldata en —plekken, zie 23.

  1. Bij Studio 100 en Music Hall Group op het eind altijd een happy end. Alle interne conflicten opgelost, de orde hersteld, iedereen blij. Laat ons daar maar een voorbeeld aan nemen. Commercieel en gesubsidieerd hebben elkaar veel te leren, zo dicht als ze soms bijeen liggen. Meer uitwisseling van talent! En van ideeën! Binnenbreken in elkaars zalen! Voor de goede orde van de podiumkunsten! Het héle Vlaamse publiek blij! En hopelijk u erbij, beste klant van dit artikel. Doek.

  2. Ga ook eens kijken (begin bij www.sherpa.be) en weet ons te zeggen wat ú ervan vond:

-Pippi Langkous: van 29 maart tot 10 april in Gent, Oostende, Hasselt en Antwerpen. (www.sherpa.be)

-Mieke Maaike: 2-3, 9-10, 16-17, 23-24, 30-31 maart en 4 april in Tinnenpot, Gent (www.tinnenpot.be)

-Piet Piraat: van 12 tot 20 maart in zaal Elckerlyc, Antwerpen (www.elckerlyc.be)

-En verder de Plop Show, Sneeuwwitje, Naked Boys Singing of Mamma Mia! (www.sherpa.be)