Pro & contra: kritiek gezag

Door Bregt Van Wijnendaele, Anna Tilroe, op Mon Oct 31 2011 09:18:45 GMT+0000

En wat met de autoriteit van de criticus in deze anti-autoritaire tijden, geregeerd door internet? Twee opinies, twee tegenovergestelde voorstellen.

De barbaren brengen ons beschaving

Bregt Van Wijnendaele

De kunstkritiek lijdt aan een gezagscrisis. De geëmancipeerde consument laat zich niet meer voorschrijven dat opera beter is dan operette en wantrouwt alles wat naar elite ruikt. Oorzaak van die vervlakking is het marktdenken, dat de consument meer waarde toedicht dan de expert. Populisme regeert. De meerwaardezoeker wordt overstemd door een bende breinloze betweters, de barbaren.

Zo luidt ongeveer de gangbare analyse over de huidige kritiek. En natuurlijk erger ook ik me aan de galspugers en hun taalfouten op onlinefora, het beleid gedreven door kwartaalcijfers bij gebrek aan langetermijnvisie, de dictatuur van de mainstreamcultuur... Maar wie wijst ons de weg naar de beschaving? Ik weet één ding: het is niet de autoritaire criticus. Aan de basis van zijn gezagscrisis ligt een mutatie in de verhouding lezer-auteur. Waar de auteur zich zijn lezer vroeger slechts kon inbeelden, staat hij vandaag oog in oog met de barbaar die Alessandro Baricco typeert in zijn gelijknamige boek. Deze mutant haalt zijn schouders op bij de mening van de ene blogger of de andere recensent. Hij ziet pas scherp wanneer de blogger in een videobericht reageert op wat de recensent schreef. Bovendien zit de barbaar niet te wachten op de volgende informatiegolf, maar maakt hij er zelf actief deel van uit. Dat interactieve kluwen heft het klassieke onderscheid tussen lezer en auteur op. De expert ruimt baan voor het multiperspectief van de barbaarse meute.

De kunstkritiek moet het pad van de autoritaire alleenspraak verlaten

Om in deze postmoderne biotoop te overleven, moet de kunstkritiek het pad van de autoritaire alleenspraak verlaten. Dat gebeurt niet door de barbaar te verbannen naar de reactieruimte onder het online-artikel. Net die ondergeschikte positie wekt zijn razernij op. Neen, de barbaar moet inspraak krijgen in het hele proces. Zoals op Spot.us zou hij geld kunnen inzamelen voor een onderwerp dat hij graag besproken ziet door de expert. En als hij vindt dat die ongelijk heeft, kan hij zelf aan het schrijven slaan, zoals op De Wereld Morgen. Wat opnieuw reactie uitlokt bij de expert, omdat het artikel massaal verspreid werd via het netwerk van bevriende barbaren. Die oppervlakkige keten van informatie staat diepgang niet in de weg. Integendeel, het multiperspectief cirkelt als duizenden satellieten rond de aarde en leert ons zo meer over de aardkern. Laat de expert maar graven met de spade. Wat hij al wroetend tegenkomt, zal pas interessant bevonden worden als hij over een satelliettelefoon beschikt.

BEDELAAR OF BEMIDDELAAR?

En intussen dwingen de kwartaalcijfers de media tot besparen. Journalisten moeten letterlijk bedelen. Toen Olaf Koens in 2005 de frauduleuze verkiezingen in Azerbeidzjan meemaakte, besliste hij journalist te worden. In die jaren toonde niet één redactie interesse in een grondig verhaal over het corrupte regime. Met de verkiezingen van 2010 probeerde Koens het opnieuw. Dankzij een Twitter-campagne vertrok hij op kosten van de barbaar. Toen hem de toegang tot het land ontzegd werd, had hij verantwoording af te leggen aan 113 barbaren. Niemand eiste zijn geld terug. Koens kreeg zelfs meer geld. Om het te blijven proberen.

Maakt de barbaar elke vorm van autoriteit dan overbodig? De populariteit van overzichten en lijstjes toont de groeiende noodzaak aan een nieuwe bemiddelaar. De traditionele media zullen in de toekomst meer en meer optreden als gatekeeper, terwijl ze het genereren van content aan de barbaren overlaten. Ze worden de moderator van een open debatcultuur. Kunstkritiek lijdt dus niet onder een gebrek aan autoriteit, wel onder haar eigen romantische alleenspraak. De geëmancipeerde consument is geen betweter. Hij is een barbaar die ons beschaving kan brengen. Daarvoor zullen we wel eerst de confrontatie moeten durven aangaan.

Bregt van Wijnendaele is theatercriticus en schreef een scriptie over kunstkritiek op Web 2.0.

DEZE TIJD VRAAGT OM ONDERSCHEID

Anna Tilroe

Onlangs las ik in de krant dat de bevolking in vrijwel alle westerse landen aan Teleurstelling lijdt. Teleurstelling over politici zonder geloofwaardigheid, banken zonder krediet, onderwijs zonder rekenen en schrijven, rechters zonder strenge straffen en, voor sommigen de uppercut, kunst zonder publiek. Mij verbaast dat niet. Wij leven nu eenmaal in de afbraaktijd van de voorwaarts gerichte ideologieën uit de twintigste eeuw, zonder zicht op nieuwe glorie. Dat scherpt de gevoeligheid voor wat vandaag niet deugt. Die gevoeligheid richt zich op al wat en wie zich als autoriteit manifesteert. Want dáár ligt de bron. Zíj, de wereldvreemde politici, de betweterige specialisten, de hooghartig verlichte denkers, zij hebben ons vertrouwen keer op keer beschaamd! En zij zouden dat nog steeds kunnen doen als de nieuwe media en de nieuwe sociale netwerken het niet mogelijk maakten hun bedrog algemeen aan de kaak te stellen en een werkelijk democratisch tegenantwoord te formuleren. Wat voortaan telt, is de mening van mij, van jou, van iedereen. De nieuwe autoriteit, dat zijn Wij.

Ik noem mijzelf kunstcriticus. Ik streef naar een zekere autoriteit in oordeelsvorming en betekenisgeving rond kunst. Heel tegendraads natuurlijk, maar waarom? Laat ik eerst zeggen dat ik al die blogs, Facebook-commentaren en publieksprijzen prachtig vind. Maar ze hebben één groot nadeel: wat er als totaalindruk uitkomt, is een gemiddelde zonder gezicht. En erger: zonder visie. Als het gaat om de internetwaardering voor herbergen en warme maaltijden, is die veelkoppige informatie buitengewoon nuttig. Maar het wordt anders voor kwesties die verder reiken dan het eigenbelang, zoals hoe in onze cultuur betekenis en waarde wordt gegeven aan beelden, voorstellingen en verhalen, wie dat doet, voor wie en met welk doel. Dan gaat de vraag zwaar tellen of iemands mening een incidentele oprisping is of een stevige bedding heeft. Dan verwacht ik een beargumenteerde visie, want ik denk zelf ook graag mee.

POWER TO THE PEOPLE?

Dat laatste is een overblijfsel uit de anti-autoritaire jaren 1960 en 1970, toen studenten de proffen wegjoegen, kinderen geen ‘u’ meer tegen hun ouders wilden zeggen en duizenden op straat ‘power to the people’ schreeuwden. In die tijd is voor het eerst door alle lagen van de bevolking begrepen dat gezag geen voorrecht is van een bepaalde klasse, functie of instelling, maar iets wat door ieder mens kritisch beoordeeld kan worden. Dat besef – nu de mentale basis van het machtsimperium van de massamedia en de informatiekosmos van internet – heeft de westerse samenlevingen fundamenteel veranderd en een mondige burger geschapen die zich maar moeilijk iets laat voorschrijven. Vooral niet iets wat zijn zelfbeeld aantast.

Een werkelijk gezaghebbende stem is iets wat je verwerft

Dat breekt de kunstwereld nu op. Het anticonformisme ervan valt slecht in het huidige klimaat. Dus wordt er gesust, bijvoorbeeld met een tentoonstelling die het onderscheid tussen professionele kunstenaar en amateur uitwist (het Haags Gemeente Museum). Of een expositie die, onder de titel Iedereen kan alles!? Genie zonder talent, nadrukkelijk de mening van de bezoeker vraagt (De Appel in Amsterdam). Ik denk dat dat soort initiatieven de misverstanden enkel vergroot. Want hoe zinvol de ineenstorting van een bepaalde hiërarchie misschien ook is, onverminderd krachtig blijft de behoefte aan betekenisgeving. Die bevredig je niet door alles gelijk te trekken en iedereen gelijk te geven, maar door onderscheid te maken tussen wat betekenisvol en authentiek is en wat niet. En ja, dat vraagt een kritische mentaliteit, en kennis en expertise, maar zeker ook de bereidheid en het talent om het publiek op verschillende niveaus te informeren en mee te laten denken. Dan wordt vanzelf zichtbaar wat iedereen eigenlijk wel weet: dat een werkelijk gezaghebbende stem geen gegeven is, maar iets wat je verwerft. Door telkens opnieuw met overtuigende argumenten de Teleurstelling te bevechten.

Anna Tilroe is kunstcritica, nu voor De Groene Amsterdammer.