Moed der wanhoop

Door Johanna Loman, op Thu Mar 11 2021 09:00:00 GMT+0000

Hoop. Dat wat er altijd nog is. Dat wat doet leven. Maar tot welk punt is hoop op beterschap gerechtvaardigd? En is wanhoop dat dan niet? Het afgelopen jaar werd er een nieuw gebod in het leven geroepen: ‘Gij zult hopen’. Maar schuilt er niet ook kracht in wanhoop?

Sinds het begin van de coronacrisis krijgen de studenten van de Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen elke vrijdag een mail van de algemeen directeur, Pascale De Groote. In haar boodschap van 5 februari had ze het over hoop en citeerde ze een speech van Barack Obama:

‘Hoop is datgene in ons, dat volhoudt, ondanks alle bewijzen van het tegendeel, dat er iets beters ons te wachten staat als we de moed hebben om ernaar uit te reiken, om ervoor te werken en om ervoor te vechten.’

Ik heb het erg moeilijk met dit citaat omdat het impliceert dat wie de hoop verliest, een gebrek heeft aan moed, werklust of vechtlust. Zo berooft Obama’s uitspraak de wanhoop van haar legitimiteit. Nochtans heeft wanhoop niets met lafheid of luiheid te maken.

De wanhoop die ik voel, is het rechtstreekse gevolg van mijn situatie als studente Woordkunst aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen. Ik hoopte na mijn studie aan de slag te gaan als podiumkunstenares of schrijfster. Maar al sinds het begin van mijn opleiding, ruim een half jaar vóór corona, ligt de cultuursector plat.

Hele danssolo’s voerde ik op tussen mijn bureau en mijn kleerkast.

Het budget voor cultuur is met 10 miljoen euro (zes procent) geslonken, terwijl kunstenaars en medewerkers in de sector nog steeds geen eerlijk loon krijgen (daar zou namelijk jaarlijks 25 miljoen euro extra voor nodig zijn). Toch wordt er sinds het begin van de coronacrisis vaak beroep gedaan op kunstenaars. Zij zijn ‘de lijm van de samenleving’. Zij moeten ‘hoop brengen’.

Hopium voor het volk

Niet alleen het gure werkveld, ook dat kunstenaarsbeeld zelf stemt mij wanhopig, in het bijzonder omdat ik door de pandemie niet eens een volwaardige opleiding krijg. Woordkunst is gestoeld op drie pijlers: Media, Schrijven en Podium. Daarnaast biedt het curriculum een brede waaier aan ondersteunende vakken zoals lichaamsbewustzijn, stemtraining en wereldliteratuur.

We krijgen weer het monologische karakter van weleer. Gesprekken en discussies zijn opnieuw lezingen geworden.

Na anderhalf jaar moet ik echter concluderen dat ik het grootste deel van de bewegingsvakken gevolgd heb van achter mijn scherm. Vakken die ons ruimtelijke bewustzijn zouden moeten aanscherpen, werden tijdens zoomcalls in een vierkante decimeter gewrongen. Hele danssolo’s voerde ik op tussen mijn bureau en mijn kleerkast. Zelfs in de maanden waarin we in principe welkom waren op onze campus, kregen we slechts een derde van de bewegingslessen live, omdat niet meer dan 10 procent van de campuscapaciteit benut mocht worden.

De theorielessen werden allemaal online gegeven. Voor onze hogeschool is de snelle digitalisering van de lessen het paradepaardje van 2020, iets om mee uit te pakken op de opendeurdag. De moderniteit heeft eindelijk haar intrede gedaan in het onderwijs! Verbindingsproblemen en geluidsstoringen verplichten ons echter om onze microfoons steeds uit te schakelen en katapulteren de lessen zo vijftig jaar terug in de tijd. Ze krijgen weer het monologische karakter van weleer. Gesprekken en discussies zijn opnieuw lezingen geworden.

Sinds het begin van mijn opleiding heb ik echter slechts twee keer voor een extern publiek gespeeld.

Het vak dat echter de ingrijpendste veranderingen onderging, was Podium. In de eindtermen staat daarover dat een student(e) Woordkunst op het moment van afstuderen in staat moet zijn om een mentale weerbaarheid op te bouwen in confrontatie met het publiek. Sinds het begin van mijn opleiding heb ik echter slechts twee keer voor een extern publiek gespeeld. Bij de andere toonmomenten speelden we ofwel voor een beperkt intern publiek, ofwel enkel voor de jury. Aan het begin van de lockdown was er zelfs een toonmoment waarbij we helemaal niet op het podium stonden.

Toen duidelijk werd dat de opleiding die we krijgen, niet overeenkomt met de opleiding waarvoor we ons inschreven, zijn we samen met het opleidingshoofd en de docenten naar oplossingen beginnen te zoeken. Al snel werd echter duidelijk dat we de gemiste lessen niet zouden kunnen inhalen. Er was tijd noch budget om de afgelaste bewegingslessen, externe workshops of interdisciplinaire projecten waardig te vervangen.

Wel is er nagedacht over een summerschool, om de verloren podiummodules enigszins in te halen. Maar als daar al budget voor gevonden zou worden, dan zijn er ook nog lokalen voor nodig. Onze school bevindt zich namelijk in deSingel, een kunstencentrum waar in de zomermaanden normaal al een heleboel andere evenementen georganiseerd worden.

Onder deze voorwaarden vind ik een wekelijkse boodschap van hoop maar een schrale troost die de aandacht afleidt van de onrechtvaardige behandeling van studenten.

Ik kan me inbeelden dat er mensen zijn die mijn klacht graag meteen zouden smoren met een goede oude ‘iedereen heeft het zwaar’. Maar dit is een kwestie van rechtvaardigheid. Waarom vinden we het van de meeste luchtvaartmaatschappijen wél normaal dat ze hun restitutie- en omboekingsbeleid veranderd hebben? Bij Brussels Airlines bijvoorbeeld krijg je een geannuleerde vlucht volledig terugbetaald. Ook kan je je vliegtickets op elk moment omboeken als je plannen zijn gewijzigd.

Als studenten door corona-overmacht niet slagen voor een opleidingsonderdeel, dan krijgen ze enkel hun leerkrediet terug, niet hun studiegeld. Als blijkt dat de vakken die ze hebben opgenomen door de coronamaatregelen niet langer voldoen aan de vakomschrijvingen, dan hebben ze niet de optie om ze ‘om te boeken’ naar andere vakken of ze op een later moment op te nemen. Onder zulke voorwaarden vind ik een wekelijkse boodschap van hoop maar een schrale troost die de aandacht afleidt van de onrechtvaardige behandeling van studenten.

Despair

Daarnaast zorgt de coronacrisis nog voor een hele lijst bijkomende problemen zoals sociaal isolement, technische stress en financiële zorgen. Zo is je studententijd normaal gezien een erg sociale periode: je volgt samen met andere studenten les in grote aula’s, je zit met medestudenten op kot, je neemt samen deel aan sportactiviteiten, je gaat in groep naar evenementen en je spendeert je avonden samen op café.

De coronamaatregelen verpulveren dat groepsgebeuren. De gevolgen blijven niet uit. Uit een enquête dat studentenweekblad Veto afnam bij 722 studenten, blijkt dat een vierde zich eenzaam voelt.

Klinken we echt zo verwend?

Daarnaast wordt er van de studenten verwacht dat zij thuis of op kot de livestreams en captaties van de lessen volgen. Veel studenten hebben echter een verouderde laptop of moeten het toestel delen met andere gezinsleden. Voor scholieren van de lagere en middelbare school werden ondertussen 12.000 tweedehandstoestellen ingezameld en 15.000 nieuwe laptops aangekocht. Voor studenten in het hoger onderwijs werden er slechts 1.000 voorzien.

En dan zwijgen we nog over het feit dat veel studenten (deels) financieel afhankelijk zijn van studentenwerk. Door corona waren er afgelopen zomer 20% minder studentenjobs. Klinken we echt zo verwend?

Terug naar de hoopmail van Pascale De Groote. Als bijlage stuurde ze het schilderij dat Obama’s speech had geïnspireerd. Op het werk van George Frederic Watts is in sombere kleuren een vrouw geschilderd die op de aardbol zit. Ze legt haar oor tegen een harp met slechts één snaar. Obama en De Groote zien daarin een teken van hoop: ‘ondanks alle bewijzen van het tegendeel’ blijft de harpiste proberen om een noot muziek op te vangen.

Hope - George Frederic Watts

Verschillende kunstcritici waarschuwen echter dat je je niet moet laten misleiden door de titel van het schilderij, ‘Hope’. Het kleurgebruik en de gebogen houding van de harpiste suggereren veeleer dat de vrouw in rouw is. Met de moed der wanhoop klampt ze zich vast aan een kapot instrument. Als blijk van haar toewijding aan muziek heeft ze een blinddoek omgeknoopt. En daardoor ziet ze de ster niet die op het achterplan aan de hemel staat.

Is ze laf omdat ze de muziek niet voor een uitzicht wil ruilen? Is ze een slechte muzikante omdat ze rouwt om haar instrument? Ik vind het moedig dat ze op de aardbol gaat zitten, waar iedereen haar wanhoop kan zien. Ik hoop dat iemand haar harp snel herstelt.