Gij zult geen zwakke vrouwen laten zien

Door Kristien Hemmerechts, op Wed Jan 11 2012 21:29:30 GMT+0000

De bittere tranen van Petra von Kant, een voorstelling van NTGent en Het Nationale Toneel in regie van Susanne Kennedy, belichaamt een van de grootste culturele not dones van deze tijd. Dit not done luidt: gij zult geen zwakke vrouwen neerzetten, niet in een roman, niet in een film en ook niet op een podium. Met hand en tand zult gij de verfoeilijke omschrijving ‘het zwakke geslacht’ bestrijden.

Het mantra ‘vrouwen zijn sterk’ is in alle bevolkingslagen zo doorgedrongen dat er geen ruimte meer is voor vrouwelijke zwakte

Voor een patriarchale maatschappij was die omschrijving het ei van Columbus: als vrouwen zwak zijn, moeten ze worden ‘beschermd’. Het feminisme heeft die ‘nobele’ bedoelingen met succes ontmaskerd. De zogeheten bescherming van vrouwen moest hun onderdrukking rechtvaardigen én maskeren. Vrouwen, zo argumenteerde het feminisme, zijn niet sterker of zwakker dan mannen.

Het feminisme ligt niet langer goed in de markt, maar het mantra ‘vrouwen zijn sterk’ is in alle bevolkingslagen zo doorgedrongen dat er geen ruimte meer is voor vrouwelijke zwakte. In een haast perverse omkering lijken vrouwen andermaal aan het kortste eind te trekken: ze worden dan wel niet meer onderdrukt, maar nu moeten ze zware lasten op hun schouders torsen. Die schouders zijn immers niet langer frêle, maar flink gespierd. Van de weeromstuit bekruipt mij af en toe de behoefte om te roepen: ‘ik ben zwak, help mij!’

ALLEMAAL VROUWEN

De bittere tranen van Petra von Kant kondigde zich beloftevol aan. Hier zou vrouwelijke zwakte onverbloemd worden getoond. Het stuk voorziet alleen rollen voor vrouwen: de succesrijke modeontwerpster Petra, haar assistente Marlene, haar dochter, haar moeder, haar chique vriendin Sidonie en haar geliefde Karin. Tegelijk kun je je de vraag stellen of het stuk wel over vrouwen gaat. Rainer Werner Fassbinder schetste in 1971 met de figuur van Petra een weinig flatterend zelfportret. Maar goed. De hele voorstelling lang staan zes actrices op het podium. ‘Staan’ is niet het juiste woord: ze wiegen of wiebelen min of meer continu alsof ze ten prooi zijn aan een mysterieuze motorische stoornis. Alle zes spelen ze een rol die voor een vrouw is geschreven. Els Dottermans vertolkt Petra, Nettie Blanken is de moeder, Lien Wildemeersch de dochter, Betty Schuurman de vriendin, Marie Vinck de geliefde. Bien De Moor speelt assistente Marlene. Het stuk is dan ook nog eens door een vrouw geregisseerd.

50_Hemmerechts_philedeprez1371_380.jpgHet ‘verhaaltje’ kan kort worden samengevat. Petra is een bikkelharde, egocentrische vrouw die de touwtjes van haar leven stevig in handen houdt. Ze heeft net haar man verlaten en gaat er prat op dat zij en niet hij de scheiding heeft aangevraagd. Ze wilde ook geen trucjes gebruiken om het huwelijk te doen slagen. Hier is een zelfbewuste, sterke vrouw aan het woord. Maar dan wandelt de mooie, sexy, onverschillige en opportunistische Karin haar leven binnen en verliest Petra de controle. Ze probeert Karin aan zich te binden. Ze laat haar in haar huis wonen en geeft haar een kans op de catwalk. En ze vrijt met haar. Karin laat zich niet kooien en breekt dikwijls uit, en dus lijdt Petra. Ze is in de war, ze heeft pijn, ze weet niet meer van welk hout pijlen gemaakt en overweegt zelfs om zelfmoord te plegen. Karin wordt Petra’s zwakke plek. Ze maakt haar kwetsbaar.

In een interview met TM zei Els Dottermans hierover: ‘Als een man narcistisch doet of twijfelt zoals Hamlet, vinden we dat normaal, maar bij een vrouw pikken we dat niet. Dat is interessant om te onderzoeken. Hetzelfde geldt voor begeerte. Een vrouw moet niet begeren, ze moet begeerd worden. Dat maakt van Petra von Kant een bijzondere gevalstudie. We zijn zo gewoon om sterke vrouwen te spelen, maar hoe geef je een zwakkere vrouw vorm? Dat is allesbehalve romantisch. Gewoon al die “ik hou van jou”-scène: verschrikkelijk. We spelen veel liever “ik wil niet vastgepakt worden”.’

DUIVELS VERZET TEGEN KWETSBAARHEID

Als ze een zwakke vrouw wilden laten zien, hadden ze een andere actrice dan Dottermans moeten kiezen

Ik zag de voorstelling twee keer. Het interview las ik pas na de eerste keer en toen flitste me door het hoofd: als ze een zwakke vrouw wilden laten zien, hadden ze een andere actrice dan Dottermans moeten kiezen. Mij was vooral de energie bijgebleven waarmee Dottermans als een furie danst en lacht en raast. Zelfs wanneer ze verslagen gaat liggen, straalt ze energie uit. Haar lijdensweg wordt trouwens met een knipoog getoond. Als Karin Petra verlaat, wordt een melige smartlap opgezet waarop Petra zot danst. Ook door de grapjes en overdrijvingen, de extravagante pruiken en de – trouwens erg geslaagde – gestileerde enscenering kun je Petra’s pijn niet serieus nemen. Het is melodrama, een klucht. Theater, inderdaad.

Ik zag ook niet zo goed wat Petra met Karin heeft. Ze is aan haar verslingerd omdat ze mooi is. Ze zegt herhaaldelijk dat ze van haar houdt. Omdat ze dus mooi is. Veel meer bestaat er niet tussen die twee. Het is een esthetische kwestie, veronderstel ik. Maar ook een seksuele. Petra is zo geil dat haar assistente haar regelmatig een schoon slipje moet aantrekken. Enfin, zo heb ik dat rituele aan- en uittrekken van Petra’s slipjes toch begrepen. Eigenlijk zag ik vooral een vrouw die zich als een duivelin verzet tegen kwetsbaarheid. Iedereen om haar heen kan ze regisseren en manipuleren, maar met Karin lukt dat niet. Met een Bond-zonder-naam-achtige slogan zou je kunnen stellen: wie echt sterk is, heeft de moed om zwak te zijn. Of kwetsbaar. Zoiets. Petra is dus niet een zwakke of zwakkere vrouw, maar een vrouw die niet zwak wil zijn. En ook wil ze zich niet laten manipuleren. Ze manipuleert liever zelf. Ze heeft geld en dat geld gebruikt ze om mensen schatplichtig te maken: haar moeder, haar dochter, Karin. Karin neemt het geld aan en doet verder haar zin. Ongelijk kun je haar niet geven.

50_Hemmerechts_philedeprez1785_380.jpgToen ik de voorstelling de tweede keer zag, kreeg ik zowaar met Petra te doen. Mijn god, dacht ik, die vrouw probeert ook maar te overleven. Haar eerste man stierf rond de geboorte van hun kind, ze stond er alleen voor met een baby, haar tweede man deugde niet, haar moeder komt om de haverklap bij haar bedelen ... Kortom, ze werd in mijn ogen een Moeder Courage. Even moest ik zelfs denken aan Lady Diana die in haar eentje danste op ‘I Will Survive’. Ook deze vrouw, dacht ik, zal overleven. Hoe hard ook de klappen die het leven uitdeelt, ze veert wel weer overeind. Wat een power in die vrouw!

Dit keer had ik meer oog voor Marlene, de assistente die door Petra onderdrukt wordt. Bien De Moor zet haar schitterend neer, maar ook deze vrouw is allesbehalve zwak. Haarscherp doorziet ze haar ‘bazin’ en maakt ze haar afhankelijk. Ze voedt haar, kleedt haar aan en uit, tikt haar brieven, maakt schetsen voor haar. Wie zou Petra zijn zonder Marlene? Marlene is zich bewust van haar macht en geniet ervan. Meer heeft ze niet nodig. Wanneer ze van een berouwvolle Petra onverwachts meer krijgt, stort ze in elkaar. Geknakt ligt ze tegen een muur.

En zo zag ik dan toch – heel even – een zwakke vrouw in een voorstelling die tevergeefs probeert te ontsnappen aan de ijzeren wet: gij zult geen zwakke vrouwen laten zien!

Kristien Hemmerechts is schrijfster en columniste.