Er heeft zich een fout voorgedaan, gelieve opnieuw te beginnen

Door Bert Van Raemdonck, op Thu Apr 12 2007 08:49:38 GMT+0000

In elke jeugdbeweging zit er wel iemand in de leiding die daar eigenlijk tien jaar te oud voor is, iemand die het om één of andere reden heeft vertikt om op het juiste moment afscheid te nemen van het vendelzwaaien in korte broek en het zingen van het avondlied. Zo iemand is meestal van het mannelijke geslacht en heet niet zelden Geert. Het hoogtepunt van het jaar valt voor Geert in juli of augustus, wanneer 'd'avond is neergekomen'. Het kampvuur knettert, de kindjes slapen en de leidersploeg kruipt dicht tegen elkaar, terwijl legale en minder legale rookwaren de ronde doen. Dan tovert Geert een gitaar uit een lederen zak. Op het instrument kleven stickers van Rock Torhout 1991, de Blokbusters en een lang vergeten jamboree.

Straks zal iedereen 'Leaving on a jet plane' kwelen en 'Losing my religion' afdreunen, maar eerst wringt Geert zijn vingers moeizaam in het B mineur-akkoord: 'I can't believe the news today', zingt hij, 'I can't close my eyes to make it go away'. Voor de elfduizendste keer in zijn leven bezingt Geert 'Sunday bloody Sunday'. Om de open deur in te stampen: 'Sunday bloody Sunday' is een nummer van U2, de Ierse super-mega-maxi-popgroep rond wereldverbeteraar en zanger Paul Hewson, zeg maar Bono. Het nummer verscheen in 1983 op niet één, maar twee U2-platen. War was de derde elpee, waarmee de groep ook definitief en mondiaal doorbrak, en Under a blood red sky was een officiële live-plaat die bevestigde wat iedereen die het ooit had mogen aanschouwen voor altijd zou blijven verkondigen: U2 is gewoon de beste live-groep ter wereld.

Dat belooft, want op 10 juni spelen de Ieren ten dans in het Koning Boudewijnstadion. Die dag geven ze de aftrap van het Europese luik van hun nieuwe Vertigo-tournee. 'Sunday bloody Sunday' staat gegarandeerd op de setlist. Daarnaast zijn er ook nogal wat nummers uit de recentste plaat te verwachten, How to dismantle an atomic bomb. Zonder veel te overdrijven kunnen we over de ontvangst van die cd zeggen dat alle recensies in alle media in alle talen van de wereld lovend tot jubelend waren. Geert en al zijn makkers stormden daarom weer massaal naar de platenwinkel, maar iemand moet die jongen toch eens de waarheid vertellen: How to dismantle an atomic bomb is een grote teleurstelling. Wat zeg ik? Het is een banale en vermoeiende plaat.

proloog: de bom begint te tikken

Ik zie de laatste zin van de vorige alinea staan en wil mijzelf een mep geven. Dat is geen rare gewoonte, het heeft te maken met een nogal hevige liefde die — na een voorspel van een jaar of vier — ergens in de laatste dagen van 1991 tussen mij en U2 is begonnen.

Toen Achtung baby op cd verscheen was ik veertien. Ik herinner me de eerste keer dat ik de cd hoorde. Ik had het schijfje in de zes maanden oude cd-speler van mijn vader gelegd. Hijzelf zat samen met mijn moeder en mijn oudste zus naar Panorama te kijken op BRT. Ik plugde de hoofdtelefoon in, haalde het kleurrijke tekstboekje uit het kartonnen doosje en ging languit liggen. De volgende 55 minuten en 30 seconden werd ik ondergedompeld in een collectie popliedjes die tegelijk catchy én diepgaand waren, lichtvoetig én duister, meezingbaar én onbegrijpelijk. Achtung baby was Bono's allerindividueelste expressie van mijn eigen emotie, een krachttoer van gitarist The Edge, een perfect onperfecte ritmesectie en een academisch geniale productie van het trio Lanois-Eno-Flood.

Het was liefde tussen U2 en mij, sindsdien. Zoals Geert maar niet uit zijn jeugdbeweging weggeraakte, zo bleef ik ook trouw kwijlen telkens wanneer de groep iets fabriceerde. Er zaten ook mindere platen tussen, jazeker — Zooropa (1993), om er eens één te noemen. Zelfs live ging de groep ten tijde van die plaat uit de bocht: alles wat op en rond het podium stond was het grootste, het luidste en het spectaculairste, maar bood weinig meerwaarde aan de essentie, de muziek. Maar in die tijd duldde ik geen kwaad woord over U2. Ze stonden zonder al te veel concurrentie eenzaam aan de top, en wie een beetje kritisch over hen durfde te dénken, stond bij mij al op een zwart blaadje.

1. bestudeer de bom aandachtig

November 2004. Ik heb de nieuwe U2 beluisterd en het flitst door mijn hoofd: dit is geen goede plaat. 'Zweer niet ijdel, vloek noch spot', zeg ik tegen mezelf, maar ook na de tweede en de derde keer luisteren denk ik er nog zo over: er schort iets aan deze cd.

Een fan doet vervolgens wat hij denkt dat hij moet doen: hij probeert zichzelf van het tegendeel te overtuigen. Maar een mens wordt vroeg of laat een beetje ouder, soms zelfs wat wijzer. Rond nieuwjaar was het verdict onverbiddelijk: How to dismantle an atomic bomb is een kat in een zak.

Om aan te tonen waarom dat zo is, moet ik eerst proberen uit te leggen wat ik tot nu toe zo aan U2 bewonderde. Kijk, je kunt Bono een verwaande, omhooggevallen, gedesoriënteerde pipo met sterallures noemen — die zonnebril! doe die fucking zonnebril van je kop, man! — en je kunt schamper doen over het feit dat hij elke week wel ergens op de wereld met een of ander staatshoofd handjes staat te schudden. Je kunt hem een dweper, een vlaggenfetisjist, een slechte gitarist en een opportunist noemen, maar je kunt niet ontkennen dat hij een begenadigd songschrijver is, zowel qua lyrics als qua gevoel voor melodie. Hij bezit de gave om zeer persoonlijke dingen te formuleren op zo een manier dat ze een soort universeel menselijk karakter krijgen. Het bekt altijd lekker en hij verkoopt je de vreemdste metaforen en vergelijkingen alsof het alledaagse waarheden zijn: 'A woman needs a man / like a fish needs a bicycle'. Een gemiddelde Bono-tekst is subtiel, genuanceerd en telt meerdere lagen. Zelfs de meest expliciete politieke nummers bleven altijd gewoon rock 'n roll, want al bezondigt hij zich geregeld aan pathetisch messiaans missionarisgedrag, je zult hem op weinig of geen Bond Zonder Naam-lyriek betrappen. Ook puur technisch valt hem weinig te verwijten. De timing, dosering en frasering zitten altijd goed, hij beheerst meerdere toonaarden, van falset tot lekker laag en warm. Conclusie: Bono is een goeie zanger en een geniale songschrijver. Punt uit.

De hoofdvogel is daarmee afgeschoten, maar er zijn nog wel een paar redenen te verzinnen waarom U2 gewoon een heerlijke popgroep is. Er is bijvoorbeeld al heel wat onzin geschreven over de 'chemie' en de 'magie' die tussen muzikanten kan bestaan, en U2 is daar een schoolvoorbeeld van.

Adam Clayton is een uitstekende bassist en een crème van een vent, maar laat hem in een andere groep spelen en hij deemstert helemaal weg, dat weet je gewoon. Misschien had hij de muziek al een decennium geleden opgegeven als hij niet bij U2 zat. Dat geldt ook voor Larry Mullen Jr., de James Dean van het kwartet die vreemd genoeg niet ouder wordt en — al is hij dan een pico bello drummer — er nog altijd een beetje uitziet alsof hij mag meedoen omdat hij met een camionette rijdt. The Edge — de ietwat dwaze bijnaam van David Evans — heeft een decennialang volgehouden voorliefde voor afzichtelijke hoofddeksels, maar is een heerlijke gitarist met een volstrekt unieke sound. Dat Edge-geluid is in alle continenten van de wereld geïmiteerd en in het beste geval gekopieerd, maar in zijn genre — melodieuze rock of scherpe pop — is hij niet al te dikwijls overtroffen. Zonder Bono als tegengewicht zou The Edge zich wellicht verliezen in overladen gepingel of ingewikkelde ritmewissels, maar binnen het geheel van U2 speelt hij een perfecte rol van geven en nemen, van de spotlights naar de achtergrond, en terug.

De leden van U2 kennen elkaar al een eeuwigheid, ze zijn maten en makkers en weten goed dat ze alle vier onvervangbaar zijn. U2 is daarom trouwens zowat de laatste actieve, echte én goede mega-groep. Vergeet het al jarenlang indommelende REM, het wel heel snel opgebrande Live, zelfs Coldplay dat ocharme nog maar twee platen heeft gemaakt; en alstublieft, don't start me up over de Snoring Stones.

Om het nog eens op een rijtje te zetten: U2 stond voor mij garant voor vakmanschap in de ouderwetse, ambachtelijke betekenis van het woord. De groep produceerde volmaakte degelijkheid maar was de liefde voor het vak niet verloren en stond dankzij zijn meesterschap op alle vlakken (tekst, melodie, technisch) aan de top van de pop.

2. vernietig het ontstekingsmechanisme

Om dan toch maar gewoon tot de kern van het probleem te komen, noem ik maar best meteen de ergste miskleunen op How to dismantle an atomic bomb bij naam. 'Original of the species' is een slag in het water, 'Love and peace or else' is een draak van een nummer, en vooral 'All because of you' doet mijn tenen olympisch krullen. De reden is simpel. Op een of andere manier zijn ze alle drie het volstrekte tegendeel van alles wat ik hierboven over een gemiddeld U2-nummer heb geschreven.

'Original of the species' begint als een typisch einde-van-een-U2-cd-nummer. Dat klinkt negatief, maar zo is het absoluut niet bedoeld. U2 heeft namelijk de traditie opgebouwd om vooraan op hun cd's (op de A-kant, zeg maar) de voornaamste singles te zetten. Op de denkbeeldige B-kant staan meestal een paar nummers die in eerste instantie weinig opvallen, maar pas na talloze luisterbeurten hun tijdloze klasse prijsgeven. Vaak zijn het schijnbaar rustige, maar eigenlijk woekerende, broeierige songs die onder het oppervlak een koortsige tekstschrijver verraden. 'Ultra violet', 'Acrobat' en 'Love is blindness' (Achtung baby) zijn daarvan perfecte voorbeelden, maar dat geldt ook voor 'If you wear that velvet dress', 'Please' en 'Wake up dead man' (Pop) en voor 'When I look at the world', 'New York' en 'Grace' (All that you can't leave behind). 'Original of the species' is het voorlaatste nummer van How to dismantle an atomic bomb en ik krijg er hoofdpijn van. Na een minuut of twee is alles wat in het nummer zit er al ruimschoots uitgehaald en begint Bono dan maar 'toedoe, toedoe, toedoe' te neuriën. Dan komt dat refrein er nog maar eens aan, en je beseft plots wat een loom en duf ding dat is. Het sleurt zichzelf dan nog een minuut of twee naar een flets einde, maar het lijken er een stuk of zeven.

'Love and peace or else' heeft de knulligste U2-titel ooit. Bovendien geeft het alle criticasters die vinden dat de wereld verbeteren in een ruig rock 'n roll-nummer gewoon niet gaat, ruimschoots gelijk. Bono mag nog zo hard proberen, maar de vraag Where is the love? kun je gewoon niet cool doen klinken. Het begint allemaal heel duister, maar dat verbergt alleen maar een gebrek aan inspiratie. Dit euvel kenmerkt ook het gitaarwerk waarop het nummer vijf minuten lang moet teren. En dan die tekst. 'I don't know if I can take it / I'm not easy on my knees / here's my heart you can break it // I need some release, release, release // We need / Love and peace / Love and peace.' Grijs, eendimensionaal, smaakloos, banaal, véél te expliciet, saai.

'All because of you' is met voorsprong het meest ergerlijke nummer van de cd. Bono lijkt de titel voor de zekerheid een keer of honderd te zingen, maar dan wel dik tegen zijn zin. Het klinkt vermoeid en dat werkt uiterst besmettelijk. Ook dit nummer is na twee minuten al steendood, maar om een of andere reden moet het dan nóg eens zo lang duren. The Edge besluit vervolgens een banale solo te geven en Bono begint nog wat luider te roepen. En nog maar eens dat idiote refrein: 'All because of you / All because of you / All because of you / I am… I am.' Pfff, zucht, snurk. Leve de skip-knop.

3. reduceer de rest tot schadeloos afval

Niet alles wat op deze cd staat is pure rommel. De single 'Vertigo' is wat hij wil zijn. 'Unos, dos, tres', en we zijn vertrokken voor een catchy garagerocker. Rechttoe rechtaan, maar dus ook niet meer dan dat. Er zijn trouwens al genoeg garagerockers, en van U2 mag je best iets meer verwachten. 'Miracle drug' is het enige nummer dat tot het kransje van echte U2-toppers behoort. De tekst knettert ('Freedom has a scent / like the top of a new born baby's head'), The Edge is op dreef, het brugje is knap en de climax compleet. Ook 'Sometimes you can't make it on your own', dat over de dood van Bono's vader gaat, benadert dat niveau. De ritmeverandering na een minuut of drie — met dat plots naar voren komende gitaartje — is niet helemaal oké, maar dankzij de finale wordt dit toch nog een geslaagd nummer.

Voorts is het allemaal redelijk pover. 'City of blinding lights' begint weliswaar met een heerlijke intro die duidelijk door The Edge is bedacht en lekker overgaat in het synthy leidmotiefje. Je ziet het Boudewijnstadion al zinderen bij een ondergaande zon, maar dan slaagt Bono er in hoogsteigen persoon in om met een onwaarschijnlijk alledaags en inspiratieloos refrein die illusie kordaat om zeep te helpen: 'Oh - you - look - so - beautiful tonight!' Moet je daarvoor zo oud geworden zijn? Muzikaal blijft alles lekker draaien, en de zingende wereldverbeteraar probeert het nog goed te maken met een aardige slotstrofe, maar het mag niet meer baten. Vooral niet omdat meteen daarna, voor je de kans krijgt om te beginnen twijfelen, dat afgrijselijke 'All because of you' begint. Aargh!

Wat er nog overschiet, is niet allemaal rotslecht maar zeker ook niet geweldig. Niks subtiliteit — het laatste nummer heet doodleuk 'Jahweh', niks muzikale creativiteit … het is een dikke warme soep die lelijk op je maag gaat liggen.

epiloog: nazorg

Wat moet Geert hier nu van denken? U2 was een groep waarin een jongen als hij nog kon geloven, het laatste Grote Verhaal dat hem nog uit zijn slaap hield. U2 was de uitzondering op de regel, en Geert háát de regel.

Op 29 januari begon de voorverkoop voor het Brusselse U2-concert van binnenkort. Geert wist vooraf dat alle kaartjes in een paar uur tijd de deur uit zouden zijn. Na enige twijfel besloot hij dan toch maar om met de meute mee te doen en uren en uren na elkaar het nummer van Go For Music te draaien. Alles plat, Geert gestresseerd. Telkens weer diezelfde irritante boodschap: 'Er heeft zich een fout voorgedaan, gelieve opnieuw te beginnen'. Geert was een epileptische aanval nabij toen hij te horen kreeg dat alles was uitverkocht, maar om een lang verhaal kort te maken: Geert is bevriend met Tom, en Tom bezorgde Geert dan toch nog twee peperdure kaartjes. Eind goed, al goed, Geert is blij.

Terecht? Jawel. Heeft hij dan niet te veel betaald voor een stom concert? Natuurlijk. Zal hij daar achteraf dan geen spijt van hebben? Nee, dat niet. U2 is slim genoeg om het live niet te verknallen. Een verrassend concert wordt het zeker niet, maar eigenlijk is dat maar goed ook, want zoals ik al zei: U2 is de beste live-groep ter wereld.

Veel twijfelachtiger en dus veel spannender is de vraag hoe de groep de volgende keer op cd zal klinken. Tot voor kort hadden ze de gewoonte om zichzelf elke plaat opnieuw weer uit te vinden, maar sedert All that you can't leave behind zijn ze daarmee gestopt. Vorige keer leverde dat een uitstekend cd op, met How to dismantle an atomic bomb ging het mis. Geert zit alvast te duimen voor de volgende poging.